Il faut faire naître le désir.
‘Il faut faire naître le désir’. Met ternauwernood gesloten mond staarde Elke de psychiater aan. Hij wilde dat ze stationsromannetjes zou gaan lezen om het verlangen dat ergens in haar brein gevangen zat te bevrijden? Slik. ‘Wat zou ze nog moeten doen? Excuseer? Ik geloof dat ik u niet goed begrepen heb’, dacht ze nog. Maar zo geschiedde. Uit de diepte van één of andere goedkope boekhandel, dook Elke wat romantische vertellingen op en begon aan een uiterst bevreemdende ontdekkingstocht.
Nu ja, ze was er zelf over begonnen natuurlijk. Ze merkte namelijk op dat mensen rond haar op een heel andere manier met mekaar om schenen te gaan dan zij. Elke begreep het niet,hoe konden volstrekt rationale wezens plotsklaps veranderen in emotionele kippen zonder kop? De start van het aantrekkings- en afstotingsspel van het leven had Elke op haar 16e gemist. Zo leek het toch.
Na het grote trauma dat de ineenstorting van haar ruggenwervel en de wederopbouw ervan was, had Elke haar tussenstart een beetje gemist. Nu ja een beetje. Elke leek in een heel andere wereld terecht gekomen te zijn toen ze opnieuw naar school mocht. Niets leek nog hetzelfde. De wezens die de school bevolkten, waren zo luid en gedroegen zich zo gek. Ze giechelden, fezelden en leken wel van een andere planeet te komen terwijl Elke ze begin juni niet zo verlaten had. Wat was er met hen gebeurd terwijl zij lag te rusten op haar rug?
Ettelijke jaren en vele romantische, erotische en pornografische vertellingen later had Elke wel een goed beeld van wat er allemaal kon op dat vlak maar het beoogde verlangen bleef uit.
De meest simplistische zielen zeiden dat ze er niet open voor stond. En inderdaad had Elke wel vaker iets van “Wat zei u daar?”, dat zich uitte in een verschrikte blik en opgetrokken wenkbrauw… wanneer één of ander wezen al eens een complimentje uitte… Subtiele complimenten waren niet aan Elke besteed. Die waren sowieso voor dovemansoren. Het minder subtiele werk dan weer, joeg Elke zo op stang dat het al even zinloos was. “Ma gij het schoen tetten, wilde gij me mij neki danse?” Wellicht had het heerschap in kwestie wel al subtielere aanzetten gegeven maar die kon Elke niet lezen. Elke was blind in de mensenwereld. Ze wist wel dat eenoog koning is, in het land der blinden dus kneep ze maar een oog toe en observeerde aldus het gebeuren.
Elke werd er hopeloos van. Waarom kon ze nu niet gewoon als schijnbaar alle andere mensen zijn? Ze bedacht dat ze misschien gewoon niet op mannen viel en begon dan maar naar “wel jong niet hetero”-bijeenkomsten te gaan. Ook daar vond ze niet wat ze zocht. Als ze in de echte wereld niemand kon ontmoeten om haar leven mee te delen, moest ze het maar op internet proberen. Elke dacht dat het zo hoorde, dat je absoluut iemand moest vinden om je leven mee te delen. Haar zus leek immers ook haar leven niet meer alleen met Elke te willen delen. Internetontmoetingen gingen Elke wat beter af maar wanneer ze de persoon in kwestie dan eindelijk in het echt moest ontmoeten, voelde Elke zich geen haar beter als ervoor. Ja ze had de persoon wel al leren kennen maar geschreven taal en echte woorden leken steeds verder en verder van mekaar verwijderd. Toen ze een jaar of 25 was, vond Elke dat het genoeg geweest was. Ze zou eindelijk eens haar best gaan doen op zo’n date. Ze besloot al voor de eerste ontmoeting dat er eindelijk ook een tweede zou komen, ook als de eerste haar niet beviel. Alles ging redelijk goed, Elke genoot wel van de aandacht maar toen de manspersoon haar kuste, brak voor Elke de hel los. Elke vezel in haar lichaam explodeerde van angst. Ze kon alleen maar denken dat ze met die kus haar hele wankele leventje op het spel zette. Ze moest terug naar haar zus en wel meteen. De man begreep er niets van maar deed wel wat hem gevraagd werd. Hij drong nog enkele weken aan maar Elke was zo angstig dat ze liep te trillen op haar benen. Ze wilde alleen maar slapen in haar eigen veilige bed en zich laten wiegen door de routine die haar zus in hun leven ingebouwd had.